vrijdag 15 oktober 2010

informatie van de vredespelgrimage

http://www.broederlijkdelen.be/waarwerkenwe/israelpalestina/duurzaamtoerisme.

Ahmadinejad daagt Israël uit in Libanon

vrijdag 15 oktober 2010 om 09u08

Ahmadinejad daagt Israël uit in Libanon

Mahmoud Ahmadinejad (L) groet de toeschouwers in Bint Jbeil
Mahmoud Ahmadinejad (L) groet de toeschouwers in Bint Jbeil © EPA
Op de tweede dag van zijn omstreden bezoek aan Libanon heeft de Iraanse president Mahmoud Ahmadinejad Israël uitgedaagd. Op amper vier kilometer van de grens met Israël voorspelde hij dat de Joodse staat “zal verdwijnen”.
“De bezettende zionisten hebben geen andere keuze dan terug te keren naar hun oorspronkelijke land,” sprak Ahmadinejad in het Zuid-Libanese dorpje Bent Jbeil.

De Iraanse president werd er als een held onthaald. Tienduizenden mensen zwaaiden met Iraanse, Libanese en Hezbollahvlaggen.

Vernield
Ahmadinejad is fysiek nooit zo dicht bij Israël geweest: Bent Jbeil ligt op circa vier kilometer van de grens tussen Libanon en Israël.

Het is ook een van de dorpen die tijdens de oorlog tussen de radicale sjiitische Hezbollahgroepering en Israël in 2006 werd vernield en vooral met Iraans geld werd heropgebouwd.

Omstreden
Het bezoek van Ahmadinejad aan Libanon is zeer omstreden en wordt beschouwd als teken van steun aan Hezbollah.

De pro-westerse parlementaire meerderheid beschuldigt, net als Israël en de Verenigde Staten, Iran van inmenging en van bewapening van Hezbollah.

(KVDA)

Roger Vanhoeck. Vluchten.

Zopas rolde mijn nieuwe roman 'Vluchten' van de pers.
In 'vluchten' vertel ik het verhaal van een Palestijnse jongen die verliefd wordt op een Joods meisje.
Het verhaal is ontstaan tijdens een vredesmissie naar Israël en de Palestijnse gebieden in 2008.
Het speelt zich af tegen de achtergrond van Hebron, een spookstad op de Westelijke Jordaanoever.
Ondanks de vele negatieve berichten over de regio en het conflict zit er toch veel hoop in het boek.
Als Musa en Rachel kunnen geloven in een onmogelijke(?) liefde, moeten wij ook kunnen geloven in een onmogelijke(?) vrede.
Het boek is vanaf heden verkrijgbaar in de boekhandel, bij Pax Christi en bij mij (Vzw Promolit, Brandstraat 16, 2870 Puurs). Kostprijs 14€ + verzendingskosten.
Voor wie het interesseert, over deze reis heb ik een lezing klaar (powerpoint, cursiefjes, etnische muziek). De lezing duurt ongeveer anderhalf uur en is geschikt voor de hogere graad van het secundair onderwijs en voor volwassenen. De opbrengst komt ten goede aan Broederlijk Delen. U mag me altijd contacteren.
Neem ook gerust eens een kijkje op mijn website (users.skynet.be/rogervanhoeck). En als dat niet lukt kan je altijd nog even 'googlen'.
Vriendelijke groeten,
Roger Vanhoeck



BIO David Grossman

  • De Standaard vrijdag 15 oktober 2010
© Thomas Lohnes
David Grossman (1954) is een van Israëls bekendste auteurs. Hij schrijft romans, essays en kinderboeken en zijn werk wordt wereldwijd vertaald. Het conflict in het Midden-Oosten is altijd een van zijn belangrijkste thema's geweest.
Tot zijn bekendste boeken behoren 'Zie: liefde' (1986), 'De uitvinder van geheimen' (1991) en 'De stem van Tamar' (2000).

Grossman schrijft geregeld essays en opiniestukken waarin hij zich kritisch uitlaat over de Israëlische aanpak van het conflict met de Palestijnen. In 2006 deed hij samen met zijn collega-auteur Amos Oz een oproep om een einde te maken aan de tweede Libanon-oorlog. Twee dagen later sneuvelde zijn zoon Uri in datzelfde conflict.



Een nieuwe manier van zijn, David Grossman

  • De Standaard vrijdag 15 oktober 2010
David Grossman: vrede is een noodzaak

'Wie niet langer op vrede hoopt, is al verslagen.' Kevin Frayer/ap © Kevin Frayer
De Joodse ziel wordt al eeuwenlang gekweld door het bittere gevoel nooit echt thuis te zijn in de wereld. De staat Israël heeft dat gevoel niet kunnen wegnemen. Alleen als er vrede met de Palestijnen komt, zullen de Israëliërs dat trauma kwijtraken en eindelijk thuiskomen. Dat zei David Grossman afgelopen zaterdag in zijn aanvaardingsspeech van de Duitse Vredesprijs.
Toen ik het boek Een vrouw op de vlucht voor een bericht begon te schrijven, wist ik dat ik het verhaal van Israël wilde vertellen, een land dat al meer dan een eeuw in oorlog is - dus al sinds het nog niet eens een staat was. En ik wist dat ik het in de vorm van het persoonlijke, intieme verhaal van een gezin zou doen.

Ik probeerde te beschrijven hoe mensen die gevangen zitten in dit conflict- of in om het even welk ander lang en gewelddadig conflict - worstelen om het delicate weefsel van menselijke relaties in stand te houden, van tederheid, gevoeligheid, medelijden, in een situatie die hardheid eist en onverschilligheid en het uitvlakken van het eigen ik. Soms vergelijk ik de strijd om dat alles te redden met iemand die door een felle storm loopt met een brandende kaars. Laat mij u nu meenemen in die storm, met een kaars in uw hand.

Als u mij zou vragen wat mijn grootste wens is in relatie tot het Israëlisch-Palestijnse conflict, zou ik natuurlijk antwoorden dat ik wil dat het opgelost wordt en dat er vrede komt. Maar dan zou u misschien aandringen en vragen: 'Veronderstel dat de vrede nog lang op zich laat wachten - wat zou dan je grootste wens zijn?'

Na de pijnscheut die uw vraag mij zou doen voelen, zou ik antwoorden dat ik wil leren om mij zoveel mogelijk bloot te stellen aan de gruwel en het kwaad, groot en klein, die het conflict elke dag schept, zonder mijzelf uit zelfverdediging af te schermen.

Voor mij betekent een mens zijn in dit aanhoudende conflict vooral dat ik kijk en zie, dat ik mijn ogen altijd openhoud, zo goed als ik kan. Ik kan het niet altijd, daar heb ik de innerlijke kracht niet voor, maar ik weet dat ik tenminste moet proberen om te weten wat er gebeurt, welke dingen in mijn naam worden gedaan, waaraan ik deel heb, ook al keur ik ze volstrekt niet goed. Om deze dingen te zien, om erop te reageren, om te zeggen - tegen mezelf en anderen - wat ik ervan vind. Om ze mijn eigen namen en woorden te geven en niet in de verleiding te komen om de namen en de woorden te aanvaarden die de regering of het leger of mijn angsten mij trachten te dicteren.

En te onthouden - soms is dat het moeilijkste - dat mijn tegenstander, mijn vijand, die mij haat en mij als een bedreiging voor zijn bestaan ziet, ook een mens is, met zijn gezin en kinderen, zijn hoop, zijn opvatting van rechtvaardigheid, zijn wanhoop en zijn angsten, zijn blinde vlekken.

Fundamentele wonde

Na honderd jaar oorlog en tientallen jaren bezetting en terrorisme geloven te veel Israëliërs en Palestijnen niet langer in de mogelijkheid van echte vrede. Ze durven zich niet eens voor te stellen hoe dat zou zijn, in vrede leven.

Wie niet langer op vrede hoopt, is al verslagen en heeft zich neergelegd bij de fataliteit van een oorlog die nooit eindigt. Soms - en dit is ongetwijfeld een van die keren - moet men het vanzelfsprekende nog maar eens herhalen: beide partijen, Israël en de Palestijnen, hebben het recht om in vrede te leven, vrij van bezetting, terrorisme en haat. Allebei verdienen ze een waardig leven als individuen en als onafhankelijke volkeren in hun eigen soevereine staat. Allebei verdienen ze genezing van de wonden van honderd jaar oorlog. Beide volkeren verdienen niet alleen vrede, maar moeten die ook dringend krijgen, als ze willen blijven voortbestaan.

Ik kan niets zeggen over de hoop op vrede van de Palestijnen. Ik heb het recht niet om hun dromen te dromen. Ik kan alleen uit de grond van mijn hart wensen dat zij snel een vrij en soeverein leven zullen kunnen leiden, na generaties onderdrukking en bezetting door Turken, Britten, Egyptenaren, Jordaniërs en Israëliërs. Dat zij hun staat als een democratie zullen kunnen opbouwen, dat zij hun kinderen zonder angst zullen kunnen opvoeden. Dat zij zullen genieten van de dingen die een normaal leven, een vredig leven, iedereen kan geven, overal.

Ik wil nu iets zeggen over mijn hoop, mijn diepste wensen als Israëliër en Jood.

Voor mij is 'vrede' niet alleen een toestand waarin alle oorlogsdaden stoppen en Israël volwaardige, productieve betrekkingen met zijn buren heeft. Echte vrede betekent voor Israël een nieuwe manier van zijn. Een kans om zich langzaam te herstellen van de misvormingen van tweeduizend jaar uitdrijving en vervolging en demonisering. En misschien zullen de Joden over vele jaren, als een broze vrede standhoudt, niet langer dat besef van existentiële vreemdheid en eenzaamheid ervaren dat zij tussen de andere volkeren hebben gekend.

Ondanks zijn grote militaire macht is Israël er nog niet in geslaagd zijn burgers de natuurlijke gemoedsrust te geven van iemand die zich stevig in zijn thuis en land geworteld voelt. Tragisch genoeg is Israël er niet in geslaagd een fundamentele wonde van de Joodse ziel te helen - het bittere gevoel van nooit echt thuis te zijn in de wereld.

Alleen vrede kan Israël genezen van de diepe angst die zich in het hart van zijn burgers roert, de onzekerheid over de toekomst van het land en zijn kinderen. Ik ken geen enkel ander land dat in deze existentiële angst leeft. Als je in de krant leest dat Duitsland tegen 2030 een groot nationaal project plant, lijkt dat heel logisch en natuurlijk. Maar geen enkele Israëliër maakt plannen op zo'n lange termijn. Als ik aan Israël in 2030 denk, krimpt mijn hart ineen, alsof ik een taboe heb overtreden door mijzelf toe te staan om zo ver vooruit te kijken...

Alleen vrede zal Israël een thuis geven en een toekomst voor de volgende generaties. En alleen vrede zal de Israëliërs de kans geven om een toestand te ervaren die wij nog nooit hebben gekend: een stabiel bestaan.

Het geschenk van de literatuur

Hoe meer ik mij bewust word van de diepe destructieve en perverterende kracht van oorlog, hoe meer ik het gevoel krijg dat vrede dringend nodig is en dat de tijd op raakt, hoe meer ik een sterke behoefte voel om te schrijven, als een manier om mijn aanspraak op individualiteit te onderbouwen, mijn recht om 'ik' te zeggen in plaats van 'wij'.

De oorlog wist de nuances uit die het individu uniek maken, het buitengewone mirakel van elke mens. Met evenveel geweld loochent oorlog ook de gelijkenissen tussen mensen, de dingen die maken dat zij evenwaardige deelgenoten zijn in het menselijke lot.

Literatuur - niet alleen het schrijven, maar ook het lezen van boeken- is de antithese van dat alles. Literatuur is volledig op het individu gericht, op ieders recht op individualiteit en deelneming aan het gemeenschappelijke lot van de mensheid. Literatuur is een uitdrukking van eindeloze verwondering over het mysterie van de mens, zijn complexiteit, zijn rijkdom, zijn schaduwen.

Wanneer ik schrijf, doe ik mijn best om elk personage in mijn verhalen van vaagheid of obscuriteit te redden, te bevrijden uit de greep van het stereotype, het cliché, het vooroordeel. Als ik een verhaal schrijf, worstel ik, soms jaren, om elk aspect van een enkel personage te begrijpen, om die persoon te worden, de ander vanbinnen te begrijpen. De totale aandacht van de schrijver voor de gevoelens en sensaties die een nieuw geschapen personage bezielen, heeft iets teders, bijna moederlijks. Zijn bereidheid om zich naakt en onbeschermd over te geven aan een personage dat hij beschrijft, om het een stem te geven, is haast een vorm van zelfverloochening. Misschien is dat het grote geschenk van de literatuur voor iemand die leeft in een oorlog of in om het even welke staat van vervreemding, armoede, discriminatie of ballingschap, voor iemand die het gevoel heeft dat zijn eigenheid genadeloos wordt weggezuiverd: literatuur kan ons menselijk gezicht herstellen.

Ballingschap

Ik ben begonnen met u te vertellen hoe ik aan Een vrouw op de vlucht voor een bericht begon. U weet misschien dat het boek handelt over een Israëlische soldaat die naar de oorlog vertrekt en over zijn moeder, die zo bang is dat ze van huis wegloopt opdat slecht nieuws haar niet zou kunnen vinden. Drie jaar en drie maanden nadat ik begon te schrijven, brak de Tweede Libanese Oorlog uit. Hij begon met een verrassingsaanval van de Hezbollah op een Israëlische legerpatrouille op Israëlisch grondgebied. Op de avond van zaterdag 12 augustus 2006, slechts enkele uren voor het einde van de oorlog, werd mijn zoon Uri samen met drie andere leden van zijn bemanning gedood toen een door de Hezbollah afgevuurde raket hun tank raakte. Ik kan alleen maar dit zeggen: denk aan een jonge man die nog maar net aan het leven begint, met alle hoop en enthousiasme en levensvreugde en onschuld en humor en dromen van de jeugd. Zo was hij en zo waren duizenden en tienduizenden anderen, Israëliërs en Palestijnen en Libanezen en Syriërs en Jordaniërs en Egyptenaren die hun leven in dit conflict hebben verloren en blijven verliezen.

De dag na de sjivve, de zeven dagen rouw, schreef ik verder aan mijn boek.

Als je door een ramp getroffen wordt, is een van de sterkste emoties een gevoel van ballingschap. Je voelt je verbannen van alles waarop je vertrouwde, alles waarin je geloofde, heel het verhaal van je leven. Opeens is niets meer vanzelfsprekend.

Voor mij was de terugkeer naar het schrijven na de ramp een instinctieve daad: een bevestiging dat schrijven de manier was waarop ik - in zekere zin - kon terugkeren uit ballingschap.

Ik begon weer te schrijven. Ik keerde terug naar mijn verhaal, dat op een vreemde manier een van de weinig plaatsen van mijn leven bleef die ik nog kon begrijpen. Ik ging aan mijn tafel zitten en knoopte de verscheurde draden van het verhaal weer aaneen. Na enkele weken voelde ik met een soort verbazing de vreugde van het schrijven. Ik betrapte mezelf erop dat ik weer uren naar dat ene woord kon zoeken dat precies paste bij een gevoel dat ik beschreef. Ik besefte dat ik niet bereid was om tevreden te zijn met een ander woord dat er niet helemaal mee overeenstemde. Soms vroeg ik me af waarom zulke details mij interesseerden, terwijl rondom mij een wereld was vernietigd. Maar als ik het juiste woord vond, kreeg ik een voldoening die ik gedacht had nooit meer te zullen voelen, de tevredenheid dat ik iets goeds deed in deze chaotische wereld. Soms voelde ik mij als een man na een aardschok; hij komt uit de bouwval van zijn huis, kijkt om zich heen, gaat op de grond zitten en begint weer stenen opeen te stapelen.

Ik ging zitten en ik schreef. Beetje bij beetje keerde het plezier van het verbeelden en het uitvinden terug, de speelsheid en de ontdekking die het creatieve proces voeden. Ik bedacht personages, gaf ze leven en een warmte en verbeelding waarvan ik dacht dat ik ze niet langer had. Ik gaf ze een realiteit en gewoonten. Ik ontdekte in mezelf een nieuw verlangen om elk aspect van gevoelens en werkelijkheid en relaties aan te raken en niet bang te zijn voor de pijn die ik daar soms bij voelde. Opnieuw ontdekte ik dat schrijven voor mij de beste manier is om te vechten tegen alle soorten willekeur en tegen het gevoel dat ik er het weerloze slachtoffer van ben. Ik leerde dat er situaties zijn waarin de enige vrijheid van een mens de vrijheid is om in zijn eigen woorden het lot te beschrijven dat hem ten deel valt. Soms is dat ook de manier waarop een mens kan ophouden met slachtoffer te zijn.

Dat geldt voor het individu en ik denk dat het ook voor maatschappijen en voor naties geldt. Ik kan alleen maar hopen dat mijn land, Israël, de kracht en de moed zal vinden om zijn verhaal opnieuw te schrijven. Dat het in staat zal zijn om zijn tragische geschiedenis met nieuwe ogen te zien en zichzelf langs die weg te hermaken. Dat wij, Israëliërs, de innerlijke kracht zullen vinden om het verschil te herkennen tussen de echte gevaren die ons confronteren en de machtige echo's van de rampen en tragedies van het verleden. Dat wij niet langer slachtoffers zullen zijn, niet van onze vijanden en niet van onze angsten. Dat wij eindelijk kunnen thuiskomen, ten langen leste.

David Grossman

donderdag 14 oktober 2010

ISRAEL HEEFT VERANTWOORDELIJKHEID VOOR PALESTIJNSE BEVOLKING

ROME (KerkNet) – Rabbijn David Rosen, voorzitter van het Amerikaanse Joodse Comité en raadgever van de opperrabbijn van Israël, erkende in zijn tussenkomst op de Bisschoppensynode in Rome dat Israël een bijzondere verantwoordelijkheid heeft ten aanzien van het lijden van de Palestijnse bevolking. “Het lot van de Palestijnen en de Palestijnse christenen moeten een bijzondere zorg zijn voor joden, zowel in Israël als elders in de wereld.”

Rosen, die als enige rabbijn de synodevaders toespreekt, verwerpt dat de bezetting van de Palestijnse gebieden de oorzaak is van het Palestijns-Israëlisch conflict. “De wortels daarvan gaan terug tot voor de zesdaagse oorlog van 1967. De bezetting is slechts een resultaat daarvan. De cruciale vraag is of Arabische staten een niet-Arabisch bestuur kunnen aanvaarden in hun midden.” Rosen erkende de bemiddelaars- en verzoeningsrol van christenen in het Midden-Oosten en hij prees de vooruitgang van de joods-christelijke relaties, al wordt dit voorlopig niet weerspiegeld in het Heilige Land. “Joden en christenen die elkaar leren kennen, ontdekken al snel dat ze dezelfde waarden en interesses delen en beschouwen elkaar als echte vrienden. Nooit eerder in de geschiedenis bestonden er zulke uitstekende joods-christelijke relaties.”

De Latijnse patriarch van Jeruzalem Fouad Twal riep eerder op om christenen in het Midden-Oosten niet te laten vallen en het Heilige Land niet te laten verworden tot een openluchtmuseum. “De Kerk van het Heilige Land is een minderheidskerk, maar zij blijft de moederkerk.”
De Grieks-Melkitische patriarch Gregory IIII Laham waarschuwde voor de gevolgen van de uittocht van christenen uit het Midden-Oosten. “Indien de verscheidenheid verdwijnt in het Midden-Oosten, stevenen wij onvermijdelijk af op een conflict tussen het islamitische oosten en het christelijke westen.”
  De bisschoppensynode in Rome Bron: Siciliani Gennari/SIR
Paus Benedictus, tijdens de opening van de synode Bron: Siciliani Gennari/SIR
Sfeerbeeld van de bisschoppensynode in Rome Bron: Siciliani Gennari/SIR
(Kerknet)

woensdag 13 oktober 2010

Bericht uit Tertio


Rabbijnen solidair met Palestijnse moslims. De joodse religieuze leiders betoonden hun solidariteit met de moslims, na de brandstichting in de moskee van Beit Fajjar. Ook de eerste minister veroordeelde de brandstichting.

Zes rabbijnen brachten vorige week een kist met enkele Korans naar het Palestijnse dorp Beit Fajjar in de bezette gebieden van de Westelijke Jordaanoever. Dat berichtte het persagentschap Asianews. Dat was een gebaar van solidariteit nadat er op 4 oktober een moskee in brand was gestoken. De aanvallers, vermoedelijk Israëlische kolonisten, hadden een tapijt, een dozijn Korans in brand gestoken en Hebreeuwse beledigingen op de muur van de moskee geschreven.

Rabbijn Menachem Froman, stichter van de beweging Eretz Shalom (Land van vrede), stelde: “Er zijn sommigen die zich verzetten tegen vrede, maar ons bezoek maakt duidelijk dat wie zich verzet tegen de vrede, zich verzet tegen God.” Rabbijn Shlomo Brin van Yeshivat Har Etzion voegde eraan toe: “Het is ons doel om onze deelneming te betuigen bij de vreselijke aanval op de moskee en om duidelijk te stellen dat dit niet de weg is van de Thora.”

Ook eerste minister Benjamin Netanyahu veroordeelde de aanval en droeg de politie op de aanvallers op te sporen. De situatie op de Westelijke Jordaanoever is gespannen door de  Israëlische nederzettingen in de nabijheid van de Palestijnse dorpen. Ongeveer een half miljoen Israëlische kolonisten leven verspreid over een honderdtal settlements die werden gebouwd nadat Israël die gebieden had veroverd in 1967. De nederzettingenpolitiek is een van de hete hangijzers bij het vredesoverleg tussen Palestijnen en Israëli’s. (JDV)

dinsdag 12 oktober 2010

documentaire 'Aisheen, still alive in Gaza'.

woensdag 3 november · 20:30 - 23:00

LocatieBeursschouwburg
A. Ortsstraat 20-28
Brussels, Belgium

Aangemaakt door

Meer infoIn het kader van de reeks Dochouse presenteren Beursschouwburg en MO* deze avond de documentaire 'Aisheen, still alive in Gaza'. Niet spectaculair en zonder politieke of journalistieke duiding toont filmmaker Nicolas Wadimoff scènes uit het dagelijks leven in Gaza. Het gaat volgens hem om een volk dat stelselmatig van alles beroofd is dat ze nodig hebben om normaal te kunnen leven: hun land, hun bezittingen, hun vrijheid en hun toekomst. Gie Goris (MO*) praat na de vertoning met regisseur Nicolas Wadimoff.

Woensdag 3 november, 20u30, Beursschouwburg, A. Ortsstraat 20-28, Brussel. Tickets en info: 02.550 03 50, www.beursschouwburg.be

maandag 11 oktober 2010

Obama: "Misschien laatste kans op vrede"


HLN update  De Amerikaanse president Barack Obama heeft Israëli's en Palestijnen opgeroepen om een kans op vrede te grijpen die misschien niet snel terugkomt.
"Deze kans op vrede zal misschien niet meer terugkomen", zei Obama na zijn gesprekken met achtereenvolgens de Israëlische premier Benjamin Netanyahu, de Palestijnse president Mahmoed Abbas, de Jordaanse koning Abdallah en de Egyptische president Hosni Moebarak.

"Deur openen naar vrede"
"De tijd is gekomen dat de moedige en visionaire leiders de deur openen naar de vrede die hun volkeren verdienen", zei Obama, eraan toevoegend dat de VS hun volle gewicht onder het dossier zullen zetten. De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton zit later vandaag samen met Netanyahu en Abbas in de eerste rechtstreekse onderhandelingen tussen Israël en Palestina in bijna twee jaar.

Egyptisch president Hosny Moebarak heeft naar aanleiding van de nieuwe Israëlisch-Palestijnse gesprekken in Washington bij Israël er op aangedrongen om nu de kans te grijpen om vrede te brengen. Dat schrijft de Egyptische krant al-Ahram. "Ik zeg tot de Israëli's: grijp deze kans en laat ze niet door je handen glippen... Reik je hand uit voor de Arabische hand, die naar jou reikt in vrede", aldus Moebarak.

Historische vooruitgang
De Egyptische president deed de verklaring terwijl hij in Washington was om de start van de nieuwe vredesonderhandelingen tussen Israëlisch premier Benjamin Netanyahu en Palestijns leider Mahmoed Abbas bij te wonen. Moebarak zei nog dat Netanyahu hem in het verleden meermaals verzekerd heeft dat hij historische vooruitgang wil boeken in het vredesproces. "Vandaag zeg ik hem: ik kijk er naar uit om die belofte werkelijkheid te zien worden." (afp/tw/lpb)
02/09/10 00u14

PAUS WIL MENSWAARDIG LEVEN VOOR ALLE CHRISTENEN IN HET MIDDEN-OOSTEN

 

VATICAAN (KerkNet/RadVat/Kathpress) – Paus Benedictus XVI vroeg zondagmorgen tijdens de opening van de synode van het Midden-Oosten aandacht voor de dramatische levensomstandigheden van sommige christenen en hij riep op tot een menswaardig leven voor alle christenen in de regio. Tegelijk spoort hij de internationale gemeenschap aan tot een sterkere en constructieve inzet voor vrede. “Ook andere godsdiensten in de regio kunnen bijdragen tot de vrede, door de gemeenschappelijke spirituele en culturele waarden te bevorderen en elke vorm van geweld af te wijzen. Katholieken uit het Midden-Oosten moeten, in de geest van de Bergrede, teken en instrument zijn van eenheid en verzoening.”

De synode van het Midden-Oosten startte zondagmorgen met een plechtige eucharistieviering met 250 concelebranten in de Sint-Pietersbasiliek in Rome. Voor deze plechtigheid waren voor het eerst alle 120 katholieke kerkleiders uit de regio met de paus verenigd. De dienst startte met een indrukwekkende processie met de 9 katholieke patriarchen, 19 kardinalen, 75 aartsbisschoppen en 75 bisschoppen. Daarna werden de aanwezigen door de beide synodevoorzitters, kardinaal Leonardo Sandri en de Syrisch-katholieke patriarch Ignace Youssif III. Younan, met wijwater besprenkeld. De daaropvolgende dienst volgde in grote lijnen de Latijnse ritus, al werden ook vele elementen van de Oosterse Kerken verwerkt.

Benedictus XVI zei dat de aanwezigheid van christenen in de regio essentieel is als blijvende herinnering aan de oorsprong van het christendom. “Vrede en gerechtigheid zijn onontbeerlijk voor alle inwoners om harmonisch te samen te leven.” Volgens de paus is deze eerste synode van het Midden-Oosten van 10 tot 24 oktober een belangrijke gebeurtenis voor de hele katholieke Kerk. “Dit is het land van Abraham, het land van de Exodus en de terugkeer uit de ballingschap, het land van de tempel en de profeten en het land waar Jezus Christus uit Maria geboren werd.”

Benedictus XVI zei dat de synodevaders, onder wie de Vlaamse Witte Pater Frans Bouwen die als expert is uitgenodigd, zich de komende weken allereerst over pastorale en kerkelijke vragen buigen. Maar hij erkende dat dit onmogelijk is zonder oog te hebben voor de sociale en politieke situatie. Volgens de paus wil deze bijeenkomst ook de relaties met andere christelijke Kerken en godsdiensten versterken en in het bijzonder de noodzakelijke dialoog met islam en jodendom bevorderen.

Tijdens het aansluitende angelusgebed met duizenden gelovigen op het Sint-Pietersplein riep Benedictus gelovigen uit de regio op zich niet te laten ontmoedigen. De synode, die twee weken zal duren, wil hun gemeenschap en hun getuigenis versterken.
(Kerknet)

zondag 10 oktober 2010

Canvas Panorama 10.10.10 om 20u10



Bijna tien maanden mochten de joodse kolonies niet worden uitgebreid. Dat moratorium liep eind vorige maand af. Er werd triomfantelijk afgeteld door de kolonisten en truwelen werden afgekuist. Maar denk bij de joodse kolonies niet alleen aan nieuwbouw op heuveltoppen. In het centrum van de stad Hebron vestigen zich al jaren joden. Er wordt gespuugd, geschopt, geduwd, getrokken en met stenen gegooid. Panorama over samenleven in Hebron.
 

 
Hebron is een stad op de Westelijke Jordaanoever en een van de hoofdpodia waar het Israëlisch Palestijns conflict wordt uitgevochten. Israëlische kolonisten gaan in de stad wonen, onder bescherming van het Israëlisch leger, om er dan alles aan te doen om hun Palestijnse buren te doen verhuizen.
 
‘Vroeger stond hier gewoon een balustrade aan de trap, geen draadafrastering. Die heeft de stad geplaatst om ons te beschermen tegen de kolonisten. Ons huis is omringd door draadafrastering. De kolonisten gooien nu met kleinere stenen om er toch door te kunnen gooien.’ – Palestijnse inwoner van Hebron.
 
‘Dat iedereen es komt kijken hoe het er hier aan toe gaat en niet gewoon afgaat op wat je op het nieuws ziet. Want het nieuws is erg tendentieus.’ – Sani Horowitz, Israëlisch kolonist.
 
‘Ik twijfel er niet aan dat als er vandaag 200.000 joden naar Judea en Samaria zouden verhuizen een hoop Arabieren die er wonen hun boeltje zouden pakken. We zouden ze niet eens moeten wegjagen.’ – David Wilder, woordvoerder van de kolonisten in Hebron.
 
‘Elk normaal mens kan maar zoveel hebben … Op een bepaald moment heb ik het gewoon gehad en hebben mijn kinderen het gehad. En dan ben ik weg. Daar vrees ik voor, dat de Palestijnse migratie door blijft gaan en de kolonisten hun zin krijgen.’ – Hamed Qawasmeh, Palestijns inwoner van Hebron.
 
‘Wij zijn een samenleving geworden die alleen voor zichzelf zorgt, maar zelfs dat steeds minder en minder. En voor alles gebruiken we veiligheid als excuus.’ – Gideon Levy, journalist krant Haaretz.
 

 
This is my land … Hebron – Mercury Media, 2009.

Een voorsmaakje alvast voor wie niet mee kan reizen!

18-05-2010

Kunnen ngo’s vrij werken in Israël?
In Israël is er een sterk middenveld, waar niet-gouvernementele organisaties (ngo’s) een belangrijk deel van uitmaken. Vóór de vredesakkoorden in de jaren negentig werden ngo’s die met Palestijnen werken geviseerd. Maar sindsdien is er een groeiend aantal organisaties dat zich inzet voor de rechten van Palestijnen, zowel in Israël als in de Palestijnse gebieden. Zij konden tot voor kort, relatief ongehinderd werken, ook al werden ze gecontroleerd. Sinds de publicatie van het Goldstone-rapport probeert de Israëlische regering echter de democratische ruimte van de Israëlische mensenrechtenorganisaties te beperken. Dit rapport kwam grotendeels tot stand op basis van informatie aangeleverd door deze organisaties en handelt over de schendingen van het internationaal recht door Israël en de Palestijnse gewapende groeperingen tijdens de Gaza-oorlog

Hoe krimpt Israël de democratische ruimte in?
Dit gebeurt via wetsvoorstellen, maar ook via intimidatie en door arrestaties van mensenrechtenactivisten. In april dienden Knessetleden een voorstel tot herziening van de vzw-wetgeving in. Bij goedkeuring zal deze de registratie van nieuwe ngo’s verhinderen en legitimeert ze de sluiting van bestaande organisaties ‘als er een redelijke basis is om te concluderen dat de organisatie informatie verschaft aan buitenlandse instanties of betrokken is bij rechtszaken in het buitenland tegen hoge Israëlische overheidsfunctionarissen en/of officieren in het Israëlische leger, met betrekking tot oorlogsmisdaden’. Er ligt ook een voorstel op tafel om de financiële ondersteuning door buitenlandse regeringen te schrappen.
Op 14 mei arresteerden Israëlische veiligheidsdiensten Ameer Makhoul, Palestijns burger van Israël en directeur van de ngo-koepel Ittijah. Aanvankelijk werd hij het recht op juridische bijstand ontzegd en gold er een ban voor de media om hierover te berichten (net zoals bij de zaak van de soldate Anat Kam die militaire informatie lekte). Een andere Palestijnse Israëli, Omar Said, militant bij de partij Balad, is sinds eind april gearresteerd. Beiden worden beschuldigd van spionage en contact met een buitenlandse agent, Hezbollah.
De campagne tegen mensenrechtenverdedigers dreigt volgens waarnemers het klimaat van vrijheid in Israël te ondermijnen. Zo ontzegde Israël de Amerikaanse professor Noam Chomsky de toegang tot de Palestijnse gebieden omdat hij er lezingen wou geven. Een commentator in de conservatieve krant Yediot Acharanot stelde dat Israël de vrijheid van de ‘anderen’ begint te bedreigen. ‘We hebben niet langer interesse in wat de ‘anderen’ te zeggen hebben, om nog maar te zwijgen over hun rechten om hier op een normale manier te leven.’

Hoe staat de Israëlische samenleving hier tegenover?

Zoals een recente peiling aangeeft, hebben veel Joodse Israëli’s het moeilijk met de kritiek op Israëls schendingen van het internationaal recht. Bijna 60 percent van de ondervraagden meent dat mensenrechtenorganisaties die immoreel gedrag van Israël blootleggen, niet vrij zouden mogen werken. Organisaties zoals de rechtse groepering Im Tirtzu, die de ngo’s die meewerkten aan het Goldstone-rapport delegitimeert, beïnvloeden het publieke discours. Op 16 april publiceerde Im Tirtzu een rapport waarbij ze de steun laakt van verschillende Israëlische mensenrechtenorganisaties aan rechtszaken in het buitenland tegen Israëlische militairen voor schendingen van het internationaal recht (universele jurisdictie). Daarna lanceerde ze een affichecampagne met agressieve slogans om de activiteiten van mensenrechtenorganisaties gesteund door het New Israel Fund, waaronder onze partners Adalah, Gisha en HaMoked, te delegitimeren. Im Tirtzu zette in februari een gelijkaardige campagne op touw, naar aanleiding van het Goldstone-rapport.

Legt Israël de ngo’s in de bezette Palestijnse gebieden ook meer aan banden?
Sinds het begin van de bezetting heeft Israël systematisch Palestijnse ngo’s, en vooral mensenrechtenorganisaties, aan banden gelegd via de arrestatie van leiders, uitreisverbod, huiszoekingen, enz. De laatste jaren richt het zich vooral op activisten van de zogenaamde Boycot, Divestment en Sancties (BDS) beweging. Zo arresteerden ze in december Jamal Juma (intussen vrij), Abu Rahma and Mohammed Othman, drie activisten die geweldloos actie voeren tegen de Muur. Op 13 april voerde Israël ook een nieuwe verordening tegen ‘infiltranten’ in. Volgens mensenrechtenorganisaties is de definitie van infiltrant zo breed dat elke inwoner van de Westoever hieraan beantwoordt. Israel heeft met andere woorden een “wettelijke” basis gecreëerd om eender wie, wanneer men wil, het land uit te zetten. Dwarsliggers zijn dus gewaarschuwd. De vrees voor arrestatie en de uitzetting uit het gebied, zal de activiteiten van ngo’s nog meer aan banden leggen.

Respecteert Hamas in Gaza het recht op vereniging van ngo’s?
Hamas richtte zijn pijlen aanvankelijk op Fatah-gelieerde middenveldorganisaties maar lijkt het tegenwoordig meer en meer gemunt te hebben op culturele organisaties. Hamas wil de culturele organisaties aan banden leggen, omdat hun activiteiten niet stroken met zijn islamitische visie op de maatschappij. Onze partners daar, theatermakers, blijven voorlopig buiten schot maar zijn erg verontrust. Mensenrechtenorganisaties kunnen relatief ongestoord werken. Zo klagen de Palestinian Center for Human Rights  and Al Mezan Centre mensenrechtenschendingen door alle partijen aan en sparen ze Hamas niet in hun kritiek. Hamas schakelt hen zelfs in voor het geven van vormingen over mensenrechten en internationaal recht aan hun ordetroepen en politie. Natuurlijk stellen de mensenrechtenorganisaties zelf daar grote vraagtekens bij maar in elk geval kunnen zij voorlopig hun werk verder zetten.

Meer informatie

Political Persecution, sectie op website Adalah, http://www.adalah.org/eng/index.php
Palestinian and Israeli Human Rights Groups Call for End to Israeli Military West Bank Deportation Policy,  http://www.hamoked.org.il/news_main_en.asp?id=918

Q&A: De situatie in Gaza na het flotilla-incident 04-08-2010


  1. Houdt de blokkade van Gaza nog steeds aan?

Op 20 juni kondigde Israël een versoepeling aan van zijn blokkade van Gaza. Dit gebeurde onder internationale druk na Israëls aanval op 31 mei op een konvooi met hulpgoederen, the Gaza Freedom Flotilla. Israël stelde een lijst op met verboden goederen, in plaats van de eerdere lijst met toegelaten goederen. Tot juli verbood het alle commerciële invoer, uitgezonderd een veertigtal producten. Een woordvoerder van het leger verklaarde dat er 30 percent meer goederen in het gebied kunnen, tot 140 trucks per dag. Hierdoor zou de smokkel via de tunnels gevoelig zijn gedaald. Nu worden bijvoorbeeld speelgoed, keukengerei en matrassen toegelaten. Ook zou Israël in beperkte mate bouwmateriaal toelaten voor projecten onder internationaal toezicht. Dit betekent echter dat privé-ondernemers meestal aangewezen blijven op de illegale tunnels voor de aanvoer van bouwmaterialen en reserveonderdelen. De 140 trucks vallen ook in het niets bij de 700 trucks die tot vóór Israëls terugtrekking in 2005 dagelijks het gebied in mochten. Ze vormen niet eens de helft van wat de inwoners van Gaza dagelijks nodig hebben om normaal te leven en handel te drijven. Hierbij worden de enorme hoeveelheden bouwmateriaal voor het herstel van de schade van operatie Gegoten Lood zelfs niet in rekening gebracht. Bovendien rept Israël ook niet over export. Nochtans voorzag een akkoord uit 2005 (AMA) in 400 trucks export per dag. Bijgevolg blijft de bevolking genoopt tot consumptie (van bijna uitsluitend Israëlische producten) in plaats van productie.

  1. Biedt de versoepeling van de blokkade geen hoop op beterschap?

Volgens de VN-organisatie voor humanitaire zaken OCHA is momenteel 80 percent van de 1,5 miljoen inwoners afhankelijk van humanitaire hulp en is 60 percent voedselonzeker. Logischerwijs moet de versoepeling van de blokkade hier verandering in brengen. Toch zijn internationale organisaties sceptisch. Ten eerste is het nog steeds onduidelijk wat er precies binnenmag. Ten tweede zijn veel ingrijpender maatregelen nodig om de economie van Gaza te doen heropleven. Volgens de Israëlische mensenrechtenorganisatie Gisha zullen de restricties op de productie van goederen de koopkracht van de Gazanen nog verder beperken. Gisha meent dat de versoepeling van de blokkade een maat voor niets is zolang Israël zijn economische oorlogvoering aanhoudt. Uiteindelijk zal de economie niet uit het slop geraken en blijven de inwoners van Gaza aangewezen op humanitaire hulp. Volgens waarnemers leidden de toenemende restricties ertoe dat het quasi onmogelijk is om het Gaza van vóór de blokkade voor de geest te halen. Dat zou uiteraard het referentiepunt moeten zijn, met als streefdoel het herstel van de economie.

  1. Wat moet er dan gebeuren om Gaza uit het slop te halen?

Om het proces van ‘on-ontwikkeling’, de systematische vernieling van de economie, om te keren moet de blokkade worden opgeheven. Alle grensovergangen moeten worden opengesteld, bouwmaterialen en reserveonderdelen moeten worden ingevoerd, studenten moeten Gaza kunnen verlaten. Ook Catherine Ashton, de EU-vertegenwoordiger voor Buitenlands Beleid, benadrukte tijdens haar bezoek aan het gebied op 18 juli de noodzaak van vrij verkeer van personen en goederen. Dit vraagt een totale beleidsommekeer, waarbij Israël Gaza niet langer als een ‘vijandige entiteit’ beschouwt en de burgers niet onderwerpt aan collectieve bestraffing om Hamas klein te krijgen. Want dat is het uiteindelijke doel van de blokkade. Zoals waarnemers voorspelden, heeft de blokkade Hamas echter versterkt, onder meer door de illegale tunneleconomie. Hierdoor evolueerde volgens economist Omar Shaban de economie van Gaza naar een zwartemarkteconomie. Bovendien verloor Israël hierdoor de controle over de wapensmokkel volledig. Ondanks de blokkade zijn er nog raketaanvallen uit de Gazastrook op Israël.

  1. Betwist Israël dan niet dat er een humanitaire crisis is in Gaza?

Een aantal VN-agentschappen en regeringen stellen dat de blokkade, de militaire operatie Gegoten Lood en de gevechten tussen Hamas en Fatah een humanitaire crisis veroorzaakten. De economie, de voedselveiligheid en de gezondheid van de inwoners gingen sinds het economisch embargo van 2006 ernstig achteruit. Israël meent dat er geen humanitaire crisis in Gaza is en dat aan de basisnoden van de bevolking wordt voldaan. De blokkade zou bedoeld zijn om de Hamasregering te straffen en zou niet tegen de burgerbevolking zijn gericht. Israël stelt dat het geen verplichtingen heeft tegenover de bevolking sinds zijn terugtrekking uit het gebied. De VN en mensenrechtenorganisaties betwisten dit. Door de toenemende kritiek op Israël, startten bepaalde Israëlische ministeries en media een campagne om de berichten over de humanitaire noden te ontkrachten. Zo stuurde het kabinet van de premier in mei menu’s rond van een chique restaurant in Gaza. Eind juli berichtten de Israëlische media uitvoerig over de opening van een winkelcentrum. Ook al blijkt die informatie vaak onbetrouwbaar, toch zou die de berichten van VN-organisaties en de internationale gemeenschap onderuit moeten halen.

  1. Zal Israël meewerken aan het onderzoek naar het Flotilla-incident?

Op 2 augustus maakte de Israëlische regering bekend dat ze het VN-voorstel over een internationaal onderzoek naar de raid op de Gaza Freedom Flotilla aanvaardt. Het is de eerste keer dat Israël meewerkt aan een VN-onderzoek over het Israëlische leger. Zo weigerde het elke medewerking aan het Goldstonerapport naar de schendingen van het internationaal recht tijdens operatie Gegoten Lood. Ook nu weigerde de regering oorspronkelijk haar medewerking en voerde ze zelf interne onderzoeken uit. Volgens waarnemers zou er grote druk zijn uitgevoerd om Israël te overtuigen, in de hoop dat dit ook de beschadigde relaties met Turkije zou verbeteren. VN-secretaris Ban Ki Moon stelde voor om een panel op te richten met Geoffrey Palmer, voormalig premier van Nieuw-Zeeland, Alvaro Uribe, uittredend president van Colombia, een Israëlisch en een Turks lid. De keuze voor Uribe is merkwaardig aangezien er veel internationale kritiek is op zijn houding tegenover het internationaal recht. Het panel gaat op 10 augustus van start en zou midden september zijn eerste bevindingen presenteren. Het panel zal zich onder meer buigen over het gebruik van geweld en de vraag of dit vermeden kon worden en of Israël het internationaal recht schond.


Brigitte Herremans, medewerker Midden-Oosten Broederlijk Delen-Pax Christi Vlaanderen


Bronnen

Easing of siege might have negligible effect on Gaza, Amira Hass, http://www.haaretz.com
We don’t need more lists, we need an end to economic warfare, Gisha, http://www.gisha.org
Gaza Flotilla drives Israel into a sea of stupidity, Gideon Levy, http://www.haaretz.com
Unraveling the closure of Gaza: What has and hasn’t changed since the Cabinet decision and what are the implications?, Gisha, http://www.gisha.org
Not your average trip to the mall, Gaza Gateway, http://www.gazagateway.org
Occupied Palestinian Territory: Gaza humanitarian timeline since 2005, OCHA, www.irinnews.org


Blog Start

Hallo iedereen,
In voorbereiding van de Vredespelgrimage met Pax Christi en Broederlijk Delen naar Israël en Gaza zet ik mijn eerste schuchtere stappen in de Blog-wereld.
Vrede en alle goeds, Sjaloom, Salam Aleikum,
Benedict Verbrugge